het Parool
24 maart 2016

Eige­naar: Loes Moor­rees, 77, docent mbo, gepen­sioneerd
Wat: schilder­ij, olie op lin­nen, door Hewald Jon­genelis
Titel: Ideaal­beeld van de vrouw, aanger­aakt
Gekocht: in 1987
Voor: 2400 gulden

Mijn man kocht het schilder­ij bij galerie Van Esch in Eind­hoven. Het kwam achter de eettafel in onze woonkamer te hangen. Ieder had zo zijn vaste plek aan tafel en ik keek elke dag tegen dit werk aan. Het werd me te veel, het was te indrin­gend. Op mijn ver­zoek is het ver­huisd naar het lege vlak boven de bank. De vrouw zit opges­loten in het gaas, als een vogelt­je. Ze zou eruit moeten komen om toch wat van de wereld mee te pikken. Ze leeft gevan­gen in haar bin­nen­wereld. Het raak­te me te veel, alsof het mijn lev­en reflecteerde.

Het ideaal­beeld, ja wat was dat? Een man en kinderen, maar dat viel tegen. Na elf jaar zorg voor de kinderen begon ik weer met les­geven; onge­woon in die tijd. Man­nen waren niet gewend om een sok op te rapen of een thee­doek vast te houden. Mijn man droeg me op han­den, maar begreep niet dat ik hulp nodig had. Het schilder­ij zag ik als een bezin­ning op het huwelijk. De bek­lem­ming van die vrouw, die voelde ik ook, tot in mijn tenen.

Miss­chien bedoelde de kun­ste­naar wel iets heel anders. Een ideaal­beeld lijkt me een onmo­gelijke missie, dat bestaat gewoon­weg niet. De man achter het kerkraam met tralies is natu­urlijk de mak­er van het ideaal­beeld, de vrouw ervoor is al klaar, af. De man die komt bin­nen­vliegen moet haar aan­rak­en, het is de kun­ste­naar, vertelde de galeriehoud­er. Kom mee naar buiten, er is meer dan het huishouden,’ lijkt hij te zeggen.

Lat­er hebben we ook twee andere werken van deze kun­ste­naar gekocht, prints met handgeschilderde vogels. We hield­en van vogels. Waar en waren heet dat werk. Ik was zo’n vri­je vogel, hoe ben ik erin gevlo­gen? Maar mijn man was een inter­es­sante man, ik verveelde me nooit. Een maand gele­den is hij overleden.’